Projecten om te overleven
Door: Yvonne
Blijf op de hoogte en volg Yvonne
09 December 2019 | Swaziland, Mbabane
Vanuit ons koninklijk verblijf, Royal Swazi Spa, trekken we het binnenland in. De regen en de lage temperatuur, 13 graden, geven een troosteloos beeld van de plattelandsomgeving. We verlaten de teerweg. Die eerder op een Zwitserse gatenkaas lijkt dan een rijksweg. Een kleiige oranje weg met diepe plassen glijdt onder de banden door. De auto schuift naar links, rechts, zoekend naar grip. Velden met verregende ananassen omzomen het karrenpad. Ik hoop dat dit niet al te lang duurt. In de verte doemt een boerenschuur op. Daar zal de werkplaats, workshop, zijn. Doeken hangen te wapperen onder het afdak. Buiten ontmoet ik een autochtone jonge vrouw. Blijkbaar één van de werkneemsters. Bedeesd en onderdanig neemt zij mij mee. Enkele dagen geleden kwam ik na wat googelen en e-mailen terecht bij de website van Baobab batik. Een project dat reeds 27 jaar bestaat. Om vrouwen in de omgeving een inkomen middels “Handcraft” te verschaffen. Opgezet door een Nederlandse. Bij de rondgang zie ik dat vrouwen van verschillende leeftijden ieder een eigen deel van het proces op zich neemt. Geen batikken met maïzena. Maar met bijenwas en paraffine. Werkstukken met afbeeldingen van de traditionele Afrikaanse taferelen. Maar ook met hedendaagse dessins. Buiten worden de lappen in koud waterverf ondergedompeld. Eéns per week wordt de was verwijderd. Vragen rijzen naar boven. Gelukkig heeft de initiatiefneemster van het project wat tijd voor ons. Els verzucht: “Het gaat slecht met de verkoop. Enige tijd geleden heb ik al een aantal dames moeten ontslaan. Ik ontkom er niet aan dat het weer staat te gebeuren.” Een project dat met veel elan is opgezet om mensen in het zeer arme Swaziland van een inkomen te voorzien. De teruglopende toeristenindustrie in Zuid-Afrika is één van de oorzaken. Wereldwijd is er ook minder belangstelling voor dit handwerk. En vooral de aandacht voor “sustainable fashion” nekt hen. Daar treft ze mij recht in m’n hart. Ik leg uit dat je in Europa niet aan alle vijf eisen van duurzame kleding hoeft te voldoen. “Kan ik jullie helpen?” Het antwoord wacht ik niet af. “In de regio waar ik woon wordt ingezet op Fairtrade Fashion. Ik kan voor jullie op pad gaan om de producten bij kledingwinkels aan te bieden. Maar dan wel de moderne dessins.” Nu afwachten of er van mijn aanbod gebruik wordt gemaakt.
Na deze bijzondere ontmoeting rijden we weer verder naar een verzamelplaats van ontwikkelprojecten. Allen gericht op handwerk en het verschaffen van een inkomen. We stappen een provisorisch ingerichte verkoopplaats binnen. Amarasti: vol met bonte tassen en enkele big mama’s. Enthousiast stapt één van de Swazi’s op me af. Ze showt allerlei tassen en het gebruik daarvan. De iets gezette oma verwijst naar de uitleg op de muur. Even is het stil. Ik slik. Ook Jan is onder de indruk. Deze oma’s uit de omgeving naaien tassen van bonte Afrikaanse stofjes. Met rijk borduurwerk van garens en kraaltjes is het versierd. Het moet een inkomen genereren voor hen en hun kleinkinderen. Want de mama’s en papa’s, en dus de kinderen van de oma’s, leven niet meer. Overleden aan aids. Het blijkt dat voor een groot gedeelte een generatie is verdwenen. Er ligt nu een geel tasje in mijn koffer.
Webshop: Amarasti Crafts tcdowding@gmail.com
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley